De Hiswa wil dat Amsterdam afziet van de plannen om elektrisch varen voor de pleziervaart vanaf 2020 verplicht te stellen, zo staat in Metro. Volgens de branchvereniging is het onhaalbaar om de eigenaren van de vijftienduizend bootjes te verplichten een nieuwe motor te kopen. “Als je kijkt naar het aantal oplaadpunten dat er nu is, dan moet de gemeente nog veel aanpassingen doen. Dat gaat veel belastinggeld kosten”, aldus Gerdina Krijger van de Hiswa.
Het CDA in de raad was en is tegen het plan dat vorige week werd aangenomen. “Wethouder Gehrels is verantwoordelijk. Zij gaf in de raad aan dat er voor bootjes kleiner dan 7 meter geen oplaadpunten hoeven te komen. In dat geval moeten die eigenaren hun elektrische motor telkens thuis opladen. Wij vinden dat je zoiets niet kunt maken,” zegt CDA-duoraadslid Diederik Boomsma. “Hier is sprake van fact free symboolpolitiek van het zuiverste water. Het is namelijk nog niet bewezen dat het milieu hier als geheel beter op wordt. Ook moeten alle benzinemotoren al sinds 2004 aan groene eisen voldoen. Wij snappen daarom niet dat de raad deze maatregel heeft aangenomen.”
GroenLinks is wél voor. “Ieder mens kan bedenken dat elektrisch varen beter is dan met benzine varen”, aldus raadslid Evelien van Roemburg. Het gaat haar vooral om de luchtkwaliteit op en rond de grachten. “Naast de vervuilende rondvaartboten veroorzaken de kleine bootjes samen veel uitstoot. Omwonenden hebben daar last van.” Mensen zijn niet verplicht om een bootje te hebben, meent Van Roemburg. “We verplichten ze dus niet om een elektrische motor te kopen. Wel heb ik een inruilpremie voor oude motoren voorgesteld. Zo kunnen mensen die al een bootje hebben de overstap makkelijker maken.”